U bent hier

8. Des- en herinvesteringen

Dit hoofdstuk is eerder verschenen in Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: juni 2016

De overheid staat klaar met fiscale regelingen als u uw portemonnee trekt om te investeren. Om misbruik en onbedoelde neveneffecten tegen te gaan, gelden er enkele aanvullende voorwaarden rond de vervreemding van het bedrijfsmiddel. Verkoopt u het bedrijfsmiddel met het doel om dit op termijn te vervangen door een nieuw exemplaar, dan kunt u gebruikmaken van de herinvesteringsreserve.

aanschafprijs

Wanneer u een bedrijfsmiddel aanschaft, kunt u via een aantal investeringsaftrekregelingen (zie hoofdstuk 7) een aanzienlijk percentage van de aanschafprijs in aftrek brengen van de fiscale winst. Verkoopt u het bedrijfsmiddel vervolgens na korte tijd, dan zou u daarmee in de ogen van de wetgever een ongewenst voordeel hebben. Dit kan betekenen dat u een deel van de aftrek moet terugbetalen.

De fiscale afschrijvingstermijn van een nieuw bedrijfsmiddel is minimaal vijf jaar (zie hoofdstuk 2). De termijn van vijf jaar is ook van belang voor de investeringsaftrek. Deze periode is van belang voor de zogenoemde desinvesteringsbijtelling. Deze regeling houdt in dat u, als u een bedrijfsmiddel verkoopt binnen vijf jaar na het begin van het...
U kunt in sommige gevallen voorkomen dat u (een deel van) de investeringsaftrek moet terugbetalen via de desinvesteringsbijtelling door de vorming van een herinvesteringsreserve. Daarmee voorkomt u dat uw liquiditeitspositie verslechtert door een hogere aanslag vennootschapsbelasting. Stel bijvoorbeeld dat uw bv een bedrijfsmiddel op vrij korte...
De boekwinst die u heeft gerealiseerd op een bedrijfsmiddel schuift u met de herinvesteringsreserve – met de vertraging die nodig is voor de keuze en aanschaf – door naar het vervangende bedrijfsmiddel. Pas als u daadwerkelijk gaat herinvesteren, moet u de herinvesteringsreserve afboeken van de aankoopprijs van het nieuwe bedrijfsmiddel. Het...