Fiscus handelt BUA-bezwaren te snel af

Het Europees Hof van Justitie heeft onlangs besloten dat het Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting (BUA) niet strijdig is met Europese regels. De Europese rechters deden dit naar aanleiding van vragen van de Hoge Raad. Maar ondanks dat ons hoogste rechtsorgaan nog geen arrest heeft gewezen en er nog vragen leven, is de Belastingdienst al begonnen met het afhandelen van de vele BUA-bezwaarschriften.

Door het BUA mag u btw die u voor sommige zaken aan leveranciers betaalt niet in aftrek brengen. Het gaat om zaken die bestemd zijn voor werknemers of relaties en die gedeeltelijk een privé-karakter hebben. Het bekendste voorbeeld is btw die u betaalt voor een auto van de zaak die een werknemer ook privé gebruikt. Deze btw moet u na afloop van het jaar gedeeltelijk corrigeren. Omdat de Hoge Raad vragen had gesteld aan het Europees Hof van Justitie over de geldigheid van het BUA besloten veel belastingplichtigen bezwaarschriften in te dienen tegen hun btw-aangiften. Nu het Europees Hof de regeling op de voorgelegde punten heeft goedgekeurd is de fiscus enthousiast die bezwaarschriften aan het afhandelen. Zo krijgen belastingplichtigen soms het verzoek om het bezwaar in te trekken of om meer informatie te verstrekken.

Hoge Raad moet nog BUA-arrest wijzen

Vanuit de praktijk komen echter geluiden dat men het niet eens is met de voortvarendheid waarmee de Belastingdienst te werk gaat. De Hoge Raad moet immers nog formeel arrest wijzen en bovendien leven er nog vragen, bijvoorbeeld over de invloed van een eigen bijdrage wegens privégebruik van de auto op de regels voor de aftrekuitsluiting. Trek uw bezwaar dus niet te snel in als de Belastingdienst dit verzoek bij u heeft neergelegd of u hierom gaat vragen.