Geen nieuw feit nodig bij ontbreken aangifte
Heeft u geen aangifte BTW ingediend, dan kan de inspecteur u zonder het vereiste van een nieuw feit een naheffingsaanslag opleggen. Daarnaast wekt een inspecteur niet het vertrouwen dat de aangifte juist is ingediend door 4,5 jaar te wachten met het opleggen van een naheffingsaanslag. Dit blijkt uit een recente uitspraak van het gerechtshof in ’s-Gravenhage.
In deze zaak ging het om een ondernemer die de kleine ondernemersregeling (KOR) voor de BTW toepaste. Deze regeling houdt in dat de ondernemer, die aan de voorwaarden voldoet en slechts een klein bedrag aan BTW moet betalen, een vermindering van het te betalen bedrag kan krijgen. In bepaalde situaties hoeft de ondernemer dan helemaal geen BTW te betalen. De ondernemer hoefde over 2004 door toepassing van deze regeling ook geen BTW te betalen. Bij een controle bleek echter dat de ondernemer de KOR niet juist had toegepast. De inspecteur legde dan ook een naheffingsaanslag op. Dit was volgens de ondernemer niet terecht, want de inspecteur beschikte niet over een nieuw feit om na te heffen. Daarnaast had de inspecteur het vertrouwen gewekt dat de aangifte akkoord was, omdat het erg lang duurde voordat hij een naheffingsaanslag oplegde.
Geen vertrouwen gewekt
De rechter vond echter dat geen nieuw feit noodzakelijk was, omdat de BTW niet op aangifte was voldaan. Daarnaast mocht de inspecteur na 4,5 jaar nog een naheffingsaanslag opleggen. Hij was ook niet verplicht om de toepassing van de KOR direct te controleren. Uit het feit dat de inspecteur niet direct reageerde had de ondernemer niet mogen opmaken dat de verschuldigde BTW juist was. Volgens de rechter had de inspecteur dus alle reden om een naheffingsaanslag op te leggen.
Gerechtshof ’s-Gravenhage, 20 juli 2011, LJN: BR2607