U bent hier

Onderneming & Fiscus
Nog wennen aan de nieuwe reiskostenregels

Nog wennen aan de nieuwe reiskostenregels

U en uw onderneming krijgen waarschijnlijk te maken met de maatregelen voor de reiskosten uit het Lenteakkoord. Het afschaffen van de onbelaste reiskostenvergoeding zal u of uw werknemer extra geld gaan kosten. Daarnaast zullen ook meer leaserijders te maken krijgen met een bijtelling voor het privégebruik van de auto van de zaak. Er geldt echter nog wel een overgangsregeling voor bepaalde situaties.

In het bericht ‘Lenteakkoord gooit reiskosten op zijn kop’ kon u lezen over de plannen uit het Lenteakkoord om de onbelaste reiskostenvergoeding af te schaffen en het woon-werkverkeer voor mensen met een leaseauto of bestelauto tot de privékilometers te rekenen. Als deze maatregelen werkelijkheid worden, zal dit de nodige gevolgen hebben voor u en uw onderneming. De overheid wil deze gevolgen in bepaalde gevallen nog wel verzachten. Heeft een werknemer vóór 25 mei 2012 een ov-jaarabonnement afgesloten, dan mag u nog gedurende de volledige looptijd van het abonnement een onbelaste vergoeding geven. In 2013 hoeft u deze vergoeding dan niet gelijk te belasten.

Overgangsregeling leasecontracten

Daarnaast komt er ook een overgangsregeling voor leasecontracten die vóór 25 mei zijn aangegaan. De regeling zal alleen gaan gelden voor werknemers die op dit moment geen bijtelling krijgen, omdat ze maximaal 500 privékilometers per jaar maken. Zij zijn de dupe van de nieuwe bezuinigingsmaatregelen en hoeven daarom in het begin slechts een bijtelling te betalen van 25% van de eigenlijke bijtelling.
Stel dat een werknemer een auto heeft van € 30.000 en dat het gaat om een auto die valt onder het 20%-tarief van de bijtelling. Door het overgangsrecht hoeft de werknemer op jaarbasis slechts een bijtelling te betalen van € 1.500 (25% x 20% x € 30.000). Dit overgangsrecht loopt gedurende de looptijd van het leasecontract, maar eindigt uiterlijk op 1 januari 2017. Voorwaarde voor de overgangsregeling is nog wel dat de werknemer de auto alleen gebruikt voor zakelijk verkeer en woon-werkverkeer en dat het overige privégebruik beperkt is tot maximaal 500 kilometer per jaar. Is dat niet het geval, dan geldt de normale bijtelling.