U bent hier

Onderneming & Administratie
Akkoord over wereldwijd minimumtarief van 15% in VPB

Akkoord over wereldwijd minimumtarief van 15% in VPB

De internationale gemeenschap heeft een belangrijke stap genomen op weg naar een wereldwijde minimumbelasting van 15% voor winsten van grote multinationals. Als het zo doorgaat met goedkeuringen zouden de nieuwe regels vanaf 2023 kunnen gaan gelden.

Het plan voor de wereldwijde minimumbelasting én het eerlijker verdelen van belastbare bedrijfswinsten over landen komt uit de koker van de G7 en de OESO, de internationale organisatie voor economische ontwikkeling. Op een vergadering onder leiding van de OESO hebben 136 van de aanwezige 140 landen ingestemd met het plan, waaronder Nederland. Kenia, Nigeria, Pakistan en Sri Lanka hebben (nog) niet getekend.

Winst multinationals ‘herverdelen’ voor belastingheffing

Het plan moet belastingontwijking door multinationals aanpakken. Maar het is ook bedoeld om meer landen een graantje te laten meepikken van de winsten die multinationals wereldwijd maken. Een vaak aangehaald voorbeeld daarbij zijn de Amerikaanse technologiebedrijven zoals Apple, Facebook en Google. Zij maken winsten in allerlei landen, maar naar verhouding staan daar voor die landen weinig belastinginkomsten tegenover.
Het plan bestaat uit twee pijlers (zoals uitgebreider beschreven in dit eerder verschenen verdiepingsartikel). De eerste pijler regelt het ‘herverdelen’ van bedrijfswinsten over landen voor de belastingheffing. Er komt een verdeelsleutel die is gebaseerd op de omzet in verschillende landen. De tweede pijler regelt een wereldwijd minimumtarief in de vennootschapsbelasting (VPB) van 15%.

15% VPB geldt bij minimaal € 750 miljoen omzet

Dat het echt gaat om de grotere multinationals blijkt uit de reikwijdte van de maatregelen. De eerste pijler geldt voor multinationals met ene wereldwijde omzet van minimaal € 20 miljard. Het minimumtarief in de VPB geldt voor ondernemingen met meer dan € 750 miljoen omzet. Een deel van de omzet is bovendien uitgezonderd.
Ook aanvankelijke dwarsliggers als Ierland en Hongarije hebben op de recente OESO-vergadering ingestemd met het plan. Ierland hanteert bijvoorbeeld al jaren een VPB-tarief van 12,5%. Het land zal dat ook blijven doen voor ondernemingen met een jaaromzet onder de € 750 miljoen, zo heeft de Ierse regering laten weten. Nu het plan groen licht heeft van 136 landen, zullen de ministers van Financiën van de G20 het op 13 oktober bespreken. Eind deze maand komt het nog aan de orde in een top van regeringsleiders van de G20. In de loop van volgend jaar zouden de voorstellen dan definitief uitgewerkt moeten zijn, zodat ze vanaf 2023 kunnen gaan gelden.

Update 14 oktober 2021: de ministers van Financiën van de G20-landen hebben inmiddels ingestemd met het plan.