U bent hier

Onderneming & Fiscus
Wat zijn de alternatieven voor de BTW-verhoging?

Wat zijn de alternatieven voor de BTW-verhoging?

Staatssecretaris Van Oostenbruggen van Fiscaliteit, Belastingdienst en Douane heeft de mogelijke alternatieven voor de BTW-verhoging op media, sport en cultuur bekendgemaakt. Er zijn drie mogelijkheden voorgesteld.

Door het kabinet zijn dus drie mogelijkheden voorgesteld ter compensatie van de BTW-verhoging van media, cultuur en sport waar heel veel bezwaren tegen zijn. Het eerste alternatief is dat er verlaagde tarieven geschrapt kunnen worden voor bepaalde posten. Momenteel gelden er voor veel verschillende producten en diensten verlaagde BTW-tarieven. Die zorgen echter wel voor een ingewikkeld stelsel. Het afschaffen van één of meerdere verlaagde tarieven leidt dus tot een vereenvoudiging van het belastingstelsel. Het gevolg hiervan is echter wel dat ondernemers en zeker de klanten in die specifieke sectoren duurder uit gaan zijn. 

Verhoging van bestaande BTW-tarieven

Het tweede voorgestelde alternatief is dat er een verhoging komt van de bestaande tarieven. Dit betekent dus een verhogng van het 9%-tarief en/of het 21%-tarief. Gevolg van het verhogen van het 9%-tarief is wel dat de dagelijkse boodschappen hierdoor (nog) duurder worden. Een verhoging van het 21%-tarief is al eerder door de Tweede Kamer afgewezen. De derde mogelijkheid is een combinatie van de twee alternatieven die hiervoor zijn genoemd.

9%-tarief in stappen verhogen

Naast bovenstaande alternatieven kan er ook naar één uniform BTW-tarief toegewerkt worden.  Dit kan in gang worden gezet door het verlaagde tarief voor alle producten die daar nu onder vallen, behalve voor voedingsmiddelen, in stappen te verhogen. Maar zo'n extra tarief in de BTW kan pas op z’n vroegst vanaf 2027 ingaan. Het aanpassen van tarieven of het verplaatsen van bepaalde producten of diensten van het 9%-tarief naar het 21%-tarief kan wel eerder dan 2027 door de Belastingdienst worden gerealiseerd.

Een keuze op korte termijn maken, haast is geboden

Er moet wel op korte termijn een keuze worden gemaakt door het parlement uit de alternatieven, haast is dus geboden. Het kabinet streeft ernaar de wet voor 1 juli 2025 te wijzigen. Het alternatief zal dan per 1 januari 2026 gaan gelden.