U bent hier

Onderneming & Fiscus
Versoepelingen box 3 gaan veel geld kosten

Versoepelingen box 3 gaan veel geld kosten

Om vooral vastgoedbeleggers tegemoet te komen wil de Tweede Kamer dat box 3 van de inkomstenbelasting versoepeld wordt. Zo willen partijen dat voor 2026 en 2027 het verhoogde forfaitair rendement voor overige bezittingen wordt teruggedraaid en er moet een kostenaftrek in de tegenbewijsregeling komen.

De Tweede Kamer heeft onlangs aandacht gevraagd voor de belastingdruk bij verhuurders van onroerende zaken in box 3. De aanleiding hiervoor is onder andere de voorgenomen verhoging van het forfait op overige bezittingen in de jaren 2026 en 2027 tot de beoogde invoering van het stelsel (in 2028).  De Kamer heeft een aantal wensen op tafel gelegd om de verhuurders tegemoet te komen:

  • Het forfait voor overige bezittingen niet of slechts gedeeltelijk verhogen in 2026 en 2027;
  • Kostenaftrek mogelijk maken in de tegenbewijsregeling in 2026 en 2027.
  • Het actualiseren van de leegwaarderatiotabel.

Wensen leiden tot heel veel extra kosten

Het verlagen van het forfait kost volgens het ministerie van Financiën jaarlijks € 1,1 miljard in 2026 en 2027. Het toestaan van kostenaftrek zou € 500 miljoen per jaar aan belastinginkomsten schelen. Bovendien zal de extra administratieve belasting voor de fiscus leiden tot verdere vertraging van de invoering van de Wet werkelijk rendement, en dat zou dan ook nog eens € 1,7 miljard gaan kosten. Volgens het ministerie kunnen deze verliezen niet binnen box 3 worden opgevangen zonder dat er een verhoging van het tarief of verlaging van het heffingsvrij vermogen wordt doorgevoerd. Is dit niet mogelijk dan zal er bij andere belastingsoorten gezocht moeten worden.