Meedenken over vraag of belastingrente VPB te hoog is
De Hoge Raad moet binnenkort een oordeel vellen over de vraag of de belastingrente van 8% voor aanslagen vennootschapsbelasting (VPB) niet te hoog is. Daarvoor is nu voor het eerst ook om een oordeel van het publiek gevraagd. Grijp deze kans aan om je mening te geven!
Rechtbank Noord-Nederland oordeelde vorig jaar dat de belastingrente voor de VPB te hoog is en in strijd met het evenredigheidsbeginsel. Met dit oordeel was het ministerie van Financiën het niet eens en is daarom direct door naar de Hoge Raad gestapt. Alle ingediende bezwaren tegen de te hoge belastingrente zijn een tijdje geleden aangewezen als massaal bezwaar. Ook de bezwaren tegen de belastingrente die vanaf 1 oktober 2020 in rekening is gebracht voor de inkomstenbelasting (IB), loonbelasting, dividendbelasting, BTW en nog een aantal andere belastingen zijn als massaal bezwaar aangemerkt.
Door meedenkers meer inzicht maatschappelijke gevolgen
De Hoge Raad heeft nu aangegeven dat hij graag ook de mening van het publiek wil weten over deze kwestie. Dit is dan ook meteen de eerste keer dat ons hoogste rechtsorgaan gebruikmaakt van deze 'amicus curiae'-optie. Deze optie is sinds 2021 opgenomen in de wet en maakt het mogelijk om in rechtszaken ook andere inbreng dan alleen van de partijen te vragen. Deze meedenkers kunnen de rechter een beter en breder inzicht geven op de mogelijke maatschappelijke gevolgen van de beslissing die hij moet nemen en zo een beter gefundeerde uitspraak te doen.
Waar moet een oordeel over worden geveld?
Iedereen kan tot en met 20 juni input leveren via de website van de Hoge Raad. De vragen waar je een antwoord op kunt geven zijn:
- Is de hoogte van het percentage belastingrente voor de VPB uit het Besluit Belasting- en Invorderingsrente op regelniveau in strijd met hogere regelgeving zoals bijvoorbeeld algemene rechtsbeginselen of algemene beginselen van behoorlijk bestuur (infographic)?
- Is het percentage belastingrente dat op grond van artikel 30hb AWR en het Besluit Belasting- en Invorderingsrente voor de VPB in rekening wordt gebracht op regelniveau in strijd met supranationale regelgeving, zoals bijvoorbeeld het eigendomsrecht in artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM, en het discriminatieverbod in artikel14 EVRM of artikel 26 IVBPR?
- Is het percentage belastingrente dat op grond van artikel 30hb AWR en het Besluit Belasting- en Invorderingsrente voor de VPB in rekening wordt gebracht op regelniveau in strijd met andere supranationale bepalingen, zoals bijvoorbeeld het recht op een eerlijk proces (artikel 6 EVRM), het legaliteitsbeginsel en evenredigheidsbeginsel (artikel 7 EVRM en artikel 49, derde lid, Handvest van grondrechten EU of het ne bis in idem beginsel (artikel 50 Handvest van de grondrechten EU en artikel 4 van het Zevende Protocol bij het EVRM)?