U bent hier

Onderneming & Administratie
Maak bezwaar tegen aanslag 2024 met excessief lenen

Maak bezwaar tegen aanslag 2024 met excessief lenen

De Wet excessief lenen ligt nog altijd onder vuur. Nu de rechtsgeldigheid van de regeling nog niet definitief is getoetst, kan het voor directeuren-grootaandeelhouders (dga’s) met hoge schulden bij de eigen bv zinvol zijn om bezwaar te maken tegen aanslagen (uit 2023 én 2024) waarbij de wet is toegepast.

Sinds de invoering in 2023 moeten dga’s belasting betalen in box 2 wanneer hun schuld aan de eigen bv boven een bepaalde drempel uitkomt. In 2023 lag die grens nog op € 700.000, maar per 2024 is deze verlaagd naar € 500.000. Voor het bedrag boven deze drempel geldt in 2024 een belastingtarief van 24,5% tot € 67.000, en 33% daarboven. Het doel van de wet is om te voorkomen dat dga’s te veel geld lenen van hun eigen bv om zo belastingheffing uit te stellen.

Wet mogelijk in strijd met het EVRM

Hoewel de Wet excessief lenen (verdiepingsartikel) inmiddels in werking is en de eerste aanslagen zijn opgelegd, ligt deze nog altijd onder vuur. Verschillende fiscale beroepsverenigingen – waaronder de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs en het Register Belastingadviseurs – blijven aandacht vragen voor de mogelijke strijdigheid met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Zij benadrukken dat er nog lopende procedures zijn en dat bezwaar maken tegen de aanslagen inkomstenbelasting van 2023 én 2024 nog altijd verstandig kan zijn.

Draagkracht en overgangsrecht

De kern van het bezwaar blijft hetzelfde: de wet rekent schulden aan de eigen bv aan als inkomen, zonder rekening te houden met de werkelijke draagkracht. Dit terwijl de Hoge Raad in de box 3-uitspraken uit 2021 en 2023 juist heeft benadrukt dat belastingheffing moet aansluiten bij daadwerkelijk genoten inkomen. Ook het ontbreken van overgangsrecht blijft een gevoelig punt. Dga’s die jarenlang hebben geleend van hun bv, konden zich nauwelijks voorbereiden op de nieuwe belastingdruk. De belastingdruk wordt hierdoor als onevenredig en onvoorzien ervaren, wat kan duiden op een schending van het EVRM. Mocht de wet excessief lenen daadwerkelijk in strijd zijn met Europese wetgeving, dan is er een kans dat de heffing wordt teruggedraaid. 

Indienen van bezwaar moet binnen 6 weken

Na ontvangst van een voorlopige aanslag is het mogelijk een verzoek tot herziening in te dienen. Indien dit verzoek wordt afgewezen, kan hiertegen bezwaar worden gemaakt. Bezwaar dient binnen zes weken na de datum van de aanslag te worden ingediend.