Nieuwe BTW-regels om invoer simpeler te maken
De Europese Unie wil handelaren van buiten de EU bewegen om meer gebruik te maken van de zogeheten import one stop shop (IOSS) voor de BTW. Dat blijkt uit nieuw aangenomen regels, die vanaf 1 juli 2028 definitief gaan gelden. Deze regels moeten de invoer eenvoudiger maken.
Voor de digitale handel in goederen bestaat een hele waaier aan BTW-regels (verdiepingsartikel), zowel voor transacties tussen Europese lidstaten als voor import van buiten de EU. Een belangrijk uitgangspunt is dat bij verkoop aan consumenten de BTW verschuldigd is in het land van de klant. Voor webshops met afnemers in veel verschillende EU-lidstaten betekent dat in principe dat zij in al die landen een aparte BTW-registratie moeten hebben om de BTW-aangifte te kunnen doen. Om die rompslomp te verminderen is er een one-stop-shop-systeem, ofwel OSS. Na registratie kunnen ondernemers dan op één plek de hele aangifte voor de verschillende EU-landen regelen.
Handelaren van buiten de EU
Er is ook een éénloketsysteem voor leveringen die van buiten de EU de Unie binnen komen: IOSS (verdiepingsartikel). Deze regeling is te gebruiken voor goederen met een waarde van € 150 of minder. Een Nederlandse ondernemer kan dit loket gebruiken als hij bijvoorbeeld goederen importeert uit China en die weer verkoopt aan Franse consumenten. De nu definitief aangenomen Europese regels zijn echter gericht op handelaren en digitale platforms van buiten de EU. Ook zij kunnen de IOSS-regeling gebruiken, maar wat de EU betreft mag dat wel de standaard worden. Er komt geen verplichting, maar de nieuwe regels moeten het IOSS-loket wel aantrekkelijker maken. Deze richtlijn is officieel per 14 augustus 2025 in werking getreden, en EU-lidstaten moeten de voorschriften vóór 1 juli 2028 omzetten in nationale regelgeving.
Administratie voorkomen met IOSS
Kort gezegd verleggen de regels de verantwoordelijkheid voor de BTW-betaling van kopers naar de e-commercebedrijven en digitale platformen van buiten de EU. Zij moeten ervoor zorgen dat de BTW wordt geïnd en wordt afgedragen in het land van de klant. Nu hebben deze partijen nog de optie om de verantwoordelijkheid bij de klant te leggen. In die situatie betaalt de distributeur de BTW namens de klant, en int die later weer bij de klant. Deze optie vervalt straks.
Door de regels moeten handelaren een BTW-registratie hebben in alle EU-landen waar zij klanten hebben, en ook nog een BTW-vertegenwoordiger in die landen aanstellen. Dat levert een hoop administratie op. Maar die valt te voorkomen door gebruik te maken van IOSS. Vandaar dus dat de EU hoopt dat handelaren de stap zullen nemen richting dit éénloketsysteem.
Hervorming van douaneregels
Overigens verandert er met deze richtlijn nog niets aan de grens van € 150. Goederen met een waarde boven dit bedrag komen dus niet in aanmerking voor IOSS. Mogelijk verandert dat op termijn, want Europa werkt wel aan een bredere hervorming van de douaneregels. Die zouden dan beter moeten gaan aansluiten bij de enorme groei van e-commerce.