U bent hier

Onderneming & Fiscus
Even ‘excellent’ maar toch een verschil in beloning

Even ‘excellent’ maar toch een verschil in beloning

Werkgevers mogen geen onderscheid maken op grond van geslacht bij beloning, maar in de praktijk gaat het nog regelmatig mis. Zo ook bij het uitkeren van ‘excellentietoeslagen’ door een ziekenhuis.

De zaak die aan de orde kwam bij het College voor de Rechten van de Mens draaide om een ziekenhuis waar medisch specialisten in aanmerking konden komen voor een excellentietoeslag bij bovengemiddelde prestaties. De toeslag was maximaal 15% over het brutosalaris van de specialist en werd door het bestuur toegekend op basis van een formulier over aanvullende werkzaamheden, eigen ervaringen met de werknemer en de input van de medisch manager.

Lagere toeslag na herbeoordeling

Een vrouwelijke specialist zou aanvankelijk als beloning een toeslag van 15% ontvangen, maar na een herbeoordeling werd de toeslag verlaagd naar 10%. Een man in dezelfde functie kreeg daarentegen wél de maximale toeslag van 15%. Volgens de vrouw was sprake van discriminatie op grond van geslacht en daarom vroeg ze het College voor de Rechten van de Mens om een beoordeling van de situatie.
Zowel de vrouwelijke als de mannelijke specialist traden in vergelijkbare jaren in dienst bij het ziekenhuis, in dezelfde functie en tegen een vergelijkbaar salaris. Volgens het College waren de aanvullende werkzaamheden van beide werknemers eveneens vergelijkbaar ondanks het verschil in toeslag, waardoor sprake was van een vermoeden van onderscheid.

Geen objectieve rechtvaardiging

Het was aan het ziekenhuis om dit vermoeden te weerleggen. Het ziekenhuis kwam hiervoor met twee argumenten: dat de man meer initiatief toonde en een ‘kartrekker’ was, en dat het ziekenhuis werkte met een zorgvuldige en niet-discriminerende procedure. Het College wees die argumenten echter af.
Het College oordeelde dat bij het eerste argument sprake is van een subjectieve kwalificatie die niet voorkomt uit formele beoordelingscriteria. Bovendien was de beoordelingsprocedure niet inzichtelijk of controleerbaar. Het was vooraf niet duidelijk hoe aanvullende werkzaamheden werden gewogen en achteraf was geen transparantie over de beoordeling, terwijl transparantie rond beloningen wel belangrijk en vanaf 2026 zelfs verplicht (artikel) is.
Kortom: het ziekenhuis kon het beloningsverschil niet goed objectief rechtvaardigen en er was volgens het College inderdaad sprake van verboden onderscheid op grond van geslacht.
Het College voor de Rechten van de Mens, 26 juni 2025, oordeelnummer: 60