EU Hof: strikte toepassing 25%-grens sociale zekerheid
Woont een werknemer in Nederland en werkt hij in meerdere EU-lidstaten? Dan is hij in Nederland sociaal verzekerd als hij ten minste 25% van zijn arbeidstijd of beloning in Nederland heeft. Uit een recente uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie blijkt dat die 25% ook écht gehaald moet worden; 22% is onvoldoende.
Het ging in deze zaak bij het Europese Hof van Justitie (EU HvJ) om een schipper op een binnenvaartschip dat in Nederland geregistreerd was. Hij woonde in Nederland en was in dienst van een werkgever in Liechtenstein. In het betreffende jaar voer hij ongeveer 22% van de vaartijd in Nederland. Geen 25% dus. Toch oordeelde de Sociale Verzekeringsbank (SVB) dat hij onder het Nederlandse stelsel van sociale verzekeringen viel. De SVB meende dat hij een substantieel deel van zijn werkzaamheden in Nederland verrichtte, omdat de schipper hier woonde, het schip in Nederland was geregistreerd en de eigenaar hier was gevestigd. De schipper ging in bezwaar en in (hoger) beroep en uiteindelijk stelde de Hoge Raad in deze zaak prejudiciële vragen aan het EU HvJ.
Substantieel gedeelte van de werktijd in Nederland
In internationale situaties is het niet de bedoeling dat werknemers dubbel sociaal verzekerd zijn of juist in geen enkel land verzekerd zijn. Daarom zijn er regels opgesteld, onder andere in Europese Verordeningen. Werkt een in Nederland woonachtige werknemer in meerdere verorderingslanden, dan is hij in Nederland sociaal verzekerd. Dat geldt echter alleen als de werknemer een ‘substantieel deel’ – te weten minstens 25% – van zijn arbeidstijd in Nederland werkt of van zijn loon in Nederland verdient. Is dat niet het geval, dan is de werknemer alleen in Nederland verzekerd als zijn werkgever in Nederland gevestigd is.
Andere omstandigheden tellen niet mee
Het EU HvJ stelde dat om te bepalen of een werknemer een substantieel deel (25%) van zijn werkzaamheden in de woonstaat verricht, geen andere omstandigheden of criteria mogen worden gebruikt om te compenseren dat de 25%-drempel niet gehaald wordt. Nu de schipper maar circa 22% in Nederland werkte, viel hij niet onder het Nederlandse socialezekerheidstelsel. Hij was verzekerd in Liechtenstein. Het EU HvJ verduidelijkte ook dat voor het tijdvak van de beoordeling moet worden gekeken naar de verwachte situatie in de volgende twaalf maanden. De periode start op het moment dat de werkzaamheden in twee of meer lidstaten beginnen.
Hof van Justitie van de Europese Unie, 4 september 2025, C-203/24 (Hakamp)