U bent hier

Onderneming & Arbo
Aanpakken van werkdruk vraagt steun leidinggevende

Aanpakken van werkdruk vraagt steun leidinggevende

Bij werkdruk als belasting, gaat het meestal over de ervaren werkdruk. De werknemer zelf en zijn beleving spelen namelijk ook een rol. Niettemin moet de werkgever klachten over werkdruk serieus nemen. Bij de aanpak spelen leidinggevenden een grote rol.

Bij een te hoge werkdruk (tool) is er sprake van een slechte afstemming tussen de eisen en kenmerken van een werksituatie en de capaciteiten, gezondheid en behoeften van de werknemer. De oorzaken kunnen heel divers zijn: onvoldoende scholing, te weinig ervaring, het ontbreken van de juiste vaardigheden of een verminderde belastbaarheid. Maar ook oorzaken buiten de werknemer zelf kunnen spelen. Slechte arbeidsverhoudingen, arbeidsconflicten en gebrekkige communicatie kunnen een hoge werkdruk tot gevolg hebben.

Problemen met werkdruk onopgemerkt

Veel werknemers halen opgelucht adem als hun leidinggevende enkele weken afwezig is voor vakantie. Even is er geen ‘bazenstress’, één van de belangrijkste factoren die de werkdruk verhogen. Zeker de helft van de werknemers heeft klachten over zijn leidinggevende. Dat kan gaan over de wijze van aansturen, maar ook over de organisatie en begeleiding van het werk. Voor veel managers is het daadwerkelijk leidinggeven slechts een van de vele taken die ze op hun bordje hebben.  Daardoor blijven problemen met werkdruk onopgemerkt. Daarnaast is slechte  en onduidelijke communicatie een bron van ergernis en ontevredenheid.  

Leidinggevende kan werkdruk helpen oplossen

Hoge werkdruk kan ertoe leiden dat werknemers psychische klachten krijgen zoals overspannenheid en uiteindelijk uitvallen door stress. Juist sociale steun van de leidinggevende – maar ook van collega’s– is belangrijk bij het verminderen van klachten over werkdruk en andere vormen van psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Daarnaast is de leidinggevende bij uitstek  degene die werkdrukproblemen kan (helpen) oplossen en bij de werkgever moet aankaarten. Die is immers verplicht om beleid te voeren om de risico’s van PSA weg te nemen of te beperken. Het is dus zaak om bij voorlichting en training rond het voorkomen van PSA de leidinggevende mee te nemen.