U bent hier

Organisatie & Leidinggeven
Vergoedingen buitenlandse dienstreizen per 1 juli 2021

Vergoedingen buitenlandse dienstreizen per 1 juli 2021

De vergoedingsbedragen voor verblijfskosten tijdens dienstreizen in het buitenland zijn gewijzigd per 1 juli 2021. De bedragen voor dienstreizen binnenland zijn niet aangepast.

De werkgever mag sinds 2020 voor de onkostenvergoedingen voor een werknemer die op dienstreis gaat in het binnen- of buitenland aansluiten bij de vergoedingen die in CAO Rijk staan. Belangrijk is dat de werknemers wat hun uitgaven betreft vergelijkbaar zijn met ambtenaren op dienstreis. 
Per 1 juli 2021 zijn de vergoedingen voor verblijfskosten in het buitenland aangepast. Zie vergoedingsbedragen voor buitenlandse dienstreizen 2021. De vergoedingen zijn gericht vrijgesteld. Hierop geldt wel een uitzondering: als de werkgever de kosten van een overnachting niet aannemelijk kan maken, mag hij op basis van paragraaf 10.3 van CAO Rijk een vergoeding van € 11,34 per overnachting voor maximaal vier overnachtingen per dienstreis geven. Deze vergoeding is dan niet gericht vrijgesteld, maar de werkgever kan dit loon wel aanwijzen als eindheffingsloon.

Vergoedingen verblijfskosten binnenland blijven gelijk

Ook voor de vergoedingen voor verblijfskosten in het binnenland kan de werkgever aansluiten bij CAO Rijk paragraaf 10.2. Deze bedragen zijn niet per 1 juli veranderd. In het Handboek Loonheffingen 2021 (tool) staan de maximale bedragen genoemd die gelden voor gericht vrijgestelde vergoedingen voor binnenlandse dienstreizen.