Vergoedingsbedragen buitenlandse dienstreizen per 2025
Per 2025 gelden nieuwe bedragen voor de vergoeding die werknemers kunnen krijgen voor uitgaven tijdens een buitenlandse dienstreis. Werkgevers kunnen hiervoor onder voorwaarden de tarieven uit de CAO Rijk volgen.
Voor de onkostenvergoedingen aan een werknemer die op dienstreis gaat, mag een werkgever aansluiten bij de vergoedingen uit CAO Rijk. Het is daarbij wel belangrijk dat de uitgaven van een werknemer vergelijkbaar zijn met die van ambtenaren op dienstreis. De hoogte van de gerichte vrijstelling voor de kosten voor logies, maaltijden en andere uitgaven tijdens de dienstreis, hangt af van het land. Voor binnenlandse reizen gelden andere vergoedingsbedragen.
Verblijfskosten tijdens buitenlandse reizen gericht vrijgesteld
De maximumbedragen voor logieskosten en overige kosten tijdens buitenlandse dienstreizen staan in paragraaf 10.3 en bijlage 6 van de CAO Rijk. Het gericht vrijgestelde bedrag dat een onderneming per 1 januari 2025 onbelast aan de werknemer kan betalen, verschilt per land of gebiedsdeel. De vergoedingsbedragen voor buitenlandse dienstreizen 2025 zijn door Rendement Online overzichtelijk onder elkaar gezet.
Vaste vergoeding als kosten niet aannemelijk te maken zijn
Op de genoemde verblijfskostenvergoedingen geldt één uitzondering: als de werkgever de kosten van een overnachting niet aannemelijk kan maken, mag hij op basis van CAO Rijk een vergoeding van € 11,34 per overnachting geven voor maximaal vier overnachtingen per dienstreis. Voor deze vergoeding geldt dan geen gerichte vrijstelling, maar de werkgever kan dit loon wel aanwijzen als eindheffingsloon en ten laste laten komen van de vrije ruimte van de werkkostenregeling.