Werknemers maar moeilijk in beweging te krijgen
Werknemers zitten nog evenveel uren per dag als vijf jaar geleden, zo blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS: gemiddeld zo’n 8,9 uur per dag. Beweegprogramma’s en zit-stabureaus hebben geen tot weinig effect, en ook overheidscampagnes richten weinig uit.
In 2024 brachten Nederlandse werknemers gemiddeld 8,9 uur per werkdag zittend door. In 2019 was dit 8,6 uur. Dat blijkt uit cijfers van recent onderzoek door CBS en TNO. Dit zitten gebeurde niet alleen tijdens het werk (4,5 uur) maar ook voor reizen van en naar het werk (1,1 uur). Ook een groot deel van de vrije uren op een werkdag brengen werknemers zittend door: 3,3 uur. In vijf jaar tijd is er nauwelijks verbetering te zien, ondanks alle inspanningen van werkgevers en overheid om werknemers meer te laten bewegen. Dat is zorgelijk, want langdurig zitten brengt risico’s voor de gezondheid van de werknemer met zich mee. Thuiswerken heeft een nadelige invloed; thuiswerkers zitten nog langer dan collega’s die op locatie werken.
Voorlichting en instructie geven over stabureaus
In de ICT-sector brengen werknemers de meeste tijd zittend door: 7,1 uur tijdens het werk. Daar zijn reistijd en vrije tijd dus nog niet bij gerekend. Ook in kantoorbanen in de zakelijke dienstverlening wordt veel gezeten. Het zorgelijke is dat de nadelige gezondheidseffecten van veel zitten niet gecompenseerd kunnen worden door drie keer per week te sporten. Het is dus belangrijk dat werkgevers maatregelen nemen op de werkplek zelf. Ergonomische stoelen en bureaus en zitstabureaus of bureaufietsen kunnen helpen. De werkgever moet hierbij wel instructie geven en in beweging komen zo makkelijk mogelijk maken. Denk aan (elektrisch) verstelbare bureaus om zitten en staan af te wisselen. Hierbij is voorlichting over de juiste stahouding wel belangrijk, want als werknemers aan het bureau gaan 'hangen', krijgen ze daar weer lichamelijke klachten door.