Meer duidelijkheid over aanpassingen WKR

Onlangs heeft staatssecretaris Wiebes van Financiën de vragen van de Tweede Kamer over de werkkostenregeling (WKR) beantwoord. De aanpassingen en de gevolgen van de vereenvoudigingsmaatregelen van het kabinet zijn hierdoor weer iets duidelijker geworden.

In het bericht ‘Vergoedingen en verstrekkingen in de WKR’ kon u lezen over een aantal vereenvoudigingen die zullen worden doorgevoerd met betrekking tot de WKR.Over die aanpassingen kwamen veel vragen van de Tweede Kamer. Staatssecretaris Wiebes van Financiën heeft hier inmiddels in de nota naar aanleiding van verslag Belastingplan 2015 (pdf) op gereageerd.

Korting op producten uit eigen bedrijf, niet op fiets of bedrijfsuitje

De VVD wilde weten waarom er wel een vrijstelling voor korting op producten uit eigen bedrijf komt, maar niet voor een fiets of bedrijfsuitje. Hiervoor is gekozen omdat de detailhandel onevenredig hard getroffen zou worden door de verlaging van de vrije ruimte. Deze sector maakt namelijk weinig gebruik van de gerichte vrijstellingen van de WKR en de lonen liggen relatief laag. Het toevoegen van een aparte vrijstelling voor korting op branche-eigen producten brengt dit weer in balans, aangezien dit in de detailhandel een gangbare voorziening is. Een uitbreiding van de nieuwe vrijstelling naar kleding die het personeel van modewinkels draagt – zoals de PvdA wenste – is volgens de staatssecretaris niet nodig. Als de kleding op de werkplek achterblijft, geldt er al een nihilwaardering. Is dat niet het geval, dan kan de nieuwe gerichte vrijstelling worden toegepast en de rest in de vrije ruimte worden ondergebracht. Dit is een verbetering ten opzichte van het oude regime.

Nihilwaardering werkplek zelfde resultaat als vrijstelling oude regime

Onder de oude regels voor vergoedingen en verstrekkingen zijn voorzieningen op de werkplek – zoals de bureaustoel, vaste telefoon, enveloppen, balpennen, kamerplanten en toiletpapier – aan te merken als loon. In de Wet op de loonbelasting 1964 wordt dit loon vervolgens vrijgesteld als ‘niet naar algemene maatschappelijke opvattingen tot het loon behorend’. Met het vervallen van het oude regime verdwijnt ook deze vrijstelling. Het CDA wilde weten hoe deze voorzieningen onder de WKR worden behandeld. De werkkostenregeling kent een nihilwaardering voor voorzieningen die de werkplek niet verlaten. Daarmee wordt hetzelfde resultaat bereikt als met de vrijstelling onder het oude regime. De parkeerplaats bij de onderneming waar u als werkgever arboverantwoordelijkheid over heeft, valt ook onder nihilwaardering.