U bent hier

Onderneming & Personeel
11.2 Pensioenuitvoerder

11.2 Pensioenuitvoerder

binnen één maand

Ervan uitgaande dat uw onderneming de werknemers een pensioenregeling aanbiedt, zult u de pensioenuitvoerder waarbij u de pensioenregeling heeft ondergebracht van een uitdiensttreding van een deelnemer op de hoogte moeten stellen. Dit moet u binnen één maand na beëindiging van de arbeidsovereenkomst doen.

Na uitdiensttreding zijn er diverse mogelijkheden voor het opgebouwde pensioen.

Afkopen

binnen twee jaar

Als de werknemer slechts een klein pensioen via uw onderneming heeft opgebouwd, kan de pensioenuitvoerder dit binnen twee jaar na uitdiensttreding in één keer uitkeren onder inhouding van belasting: het zogenoemde afkopen. Er wordt dus niet gewacht tot het moment van pensionering.

pensioen laten staan

In sommige situaties heeft de pensioenuitvoerder voor het afkopen toestemming van de werknemer nodig. Bovendien is afkoop in 2016 alleen mogelijk als het opgebouwde pensioen een uitkering oplevert van minder dan € 465,94 op jaarbasis.

Slapend

De werknemer kan de opgebouwde pensioenaanspraken gewoon laten staan na het vertrek bij uw onderneming. Het pensioen blijft dan in principe staan zolang de werknemer leeft en tot hij met pensioen gaat. Vanwege de uitdiensttreding betalen uw onderneming en de werknemer alleen geen premie meer.

premievrij

De pensioenuitvoerder zal het opgebouwde pensioen in dit geval premievrij maken, als aan de bijbehorende voorwaarden wordt voldaan. Het wordt hierdoor een zogenoemd slapend pensioen want er wordt verder niets meer aan bijgedragen. Er vindt misschien alleen nog indexatie van de pensioenaanspraken plaats.

Waardeoverdracht

De werknemer kan er ook voor kiezen om het bij uw onderneming opgebouwde pensioen over te hevelen naar de pensioenregeling van een nieuwe werkgever. Werknemers hebben namelijk recht op deze zogenoemde waardeoverdracht. De pensioenuitvoerder is verplicht om werknemers die mogelijkheid te bieden en uw onderneming moet de werknemer op dat recht wijzen.

goed (laten)uitrekenen

Waardeoverdracht kan bijdragen aan de waardevermeerdering van de opgebouwde (oude) pensioenaanspraken. U doet er echter goed aan om de vertrekkende werknemer te adviseren goed uit te (laten) rekenen hoe waardeoverdracht in zijn situatie zal uitpakken. Waardeoverdracht van opgebouwde pensioenaanspraken hoeft namelijk niet altijd gunstig te zijn voor de werknemer, vandaar dat het ook geen verplichting is.

recht vervallen of uitgesteld

Werknemers hebben onbeperkt de mogelijkheid om voor waardeoverdracht te kiezen. Dat hoeft niet (meer) binnen een halfjaar na deelname aan een nieuwe pensioenregeling. Zij kunnen dus bij elke (komende) baanwisseling pensioen uit een eerder dienstverband laten overdragen.

Er zijn een aantal situaties waarop het recht op waardeoverdracht komt te vervallen of wordt uitgesteld. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als de oude of nieuwe pensioenuitvoerder financiële problemen heeft. Als die financiële problemen zijn opgelost, herleeft het recht op waardeoverdracht voor de werknemer. Omdat ook pas op dat moment de waarde van het over te dragen pensioen wordt bepaald, kan dit uitstel van grote invloed zijn op de overdrachtswaarde.

Soms mag u waardeoverdracht weigeren

bijbetaling

Als een ex-werknemer kiest voor waardeoverdracht van zijn pensioen in de situatie dat de pensioenregeling is ondergebracht bij een verzekeraar, kan dat voor uw onderneming betekenen dat bijbetaling nodig is. In dat geval mag uw onderneming tijdelijk medewerking aan de waardeoverdracht weigeren als dit u meer dan € 15.000 en meer dan 10% van de overdrachtswaarde aan bijbetaling zou kosten. U heeft een maand de tijd om de beslissing van al dan niet meewerken in deze situatie te nemen.

opnieuw aanvragen

Bij weigering van medewerking aan waardeoverdracht moet de ontvangende pensioenuitvoerder de werknemer dit schriftelijk laten weten. De werknemer blijft in dat geval in uw pensioenregeling opgenomen en als de bijbetaling onder de € 15.000 komt, kan hij opnieuw waardeoverdracht aanvragen.