Werktijden aanpassen na ouderschapsverlof

Werknemers die het recht op ouderschapsverlof volledig hebben gebruikt, kunnen een verzoek indienen om tijdelijke aanpassing van de arbeidsduur in verband met de zorg voor het kind. De Eerste Kamer is namelijk onlangs akkoord gegaan met dit wetsvoorstel en hiermee komt de Nederlandse wetgeving in lijn met de Europese regelgeving over ouderschapsverlof.

Dankzij de wetswijzigingen wordt het voor werknemers makkelijker om na het ouderschapsverlof hun werktijden voor een bepaalde periode, bijvoorbeeld één jaar, aan te passen. De werknemer moet het verzoek om minder te werken binnen drie maanden vóór afloop van het ouderschapsverlof schriftelijk bij de werkgever indienen. De werkgever is verplicht uiterlijk vier weken voor afloop van het ouderschapsverlof een beslissing te nemen. De wijzigingen in de Wet arbeid en zorg (WAZO) en de Arbeidstijdenwet (ATW) maken het ook mogelijk dat de werkgever werknemers niet mag benadelen als zij gebruikmaken van het recht op ouderschapsverlof. U mag uw werknemers bijvoorbeeld niet verbieden vakantiedagen op te nemen, omdat zij vanwege het ouderschapsverlof al langer afwezig zijn geweest. 

Structurele verandering

Het is namelijk al mogelijk dat werknemers onder voorwaarden een verzoek indienen om méér of minder uren te gaan werken. Meestal gaat het bij zo’n verzoek om structurele verandering van de arbeidsduur. De werknemer moet dan minimaal één jaar in dienst zijn en mag dit verzoek maar één keer in de twee jaar indienen. Dit betekent overigens niet dat de werknemer nu geen verzoek meer kan indienen voor een structurele wijziging van zijn arbeidsduur.