U bent hier

Onafhankelijk toezicht
…
2. Bestuursmodellen en de organisatie
Voor Onafhankelijk toezicht

2. Bestuursmodellen en de organisatie

Laatst gewijzigd: mei 2021

U kunt als stichting of vereniging kiezen uit verschillende bestuursmodellen, afhankelijk van de grootte van de organisatie en de inrichting van de organisatie. Bij deze modellen is de relatie tussen het bestuur en de organisatie van bepalend belang: de rol van het bestuur is in de regel leidend voor het bestuursmodel en de inrichting van de organisatie. De organisatie van een vereniging is anders dan die van de stichting.

bestuurs-modellen

intern toezicht

In grote lijnen bestaan er vier soorten bestuursmodellen. Bij alle modellen is het bestuur eindverantwoordelijke en moet dus verantwoording afleggen over de gang van zaken. Onafhankelijk van het bestuur kunt u intern of extern toezicht op het bestuur instellen. Bij intern toezicht heeft iemand of een orgaan binnen de organisatie het toezicht; bij extern toezicht wordt dat uitgeoefend door een orgaan van buiten de organisatie.

2.1 Bestuur met en zonder directie

Bij kleine organisaties is de rol van het bestuur vaak dynamisch. Het is gebruikelijk dat het bestuur ook de directie vormt. Alles wat op het pad komt van de bestuurder valt onder zijn bevoegdheden. Kortom, het bestuur voert daadwerkelijk de taken van de organisatie uit en het heeft hierdoor alle grip op de dagelijkse gang van zaken (zie model 1...

2.2 Bestuur met een Raad van Toezicht

De twee genoemde modellen kunnen worden uitgebreid met een Raad van Toezicht (RvT). Hoe groter de organisatie, des te vaker zal dit ook daadwerkelijk plaatsvinden. Als bij model 1 een RvT wordt ingesteld, neemt het bestuur de besluiten en past die ook daadwerkelijk toe. Wordt een RvT toegevoegd aan model 2, dan neemt ook het bestuur de besluiten...

2.3 Organisatie van de vereniging

Het bestuur van de vereniging wordt gevormd door gekozen leden. Het bestuur van een stichting wordt vanuit het bestuur benoemd (zie hoofdstuk 3). In de statuten moet een duidelijke regeling staan over de manier van aftreden en benoeming van de bestuurders. De statuten van de vereniging kunnen bijvoorbeeld bepalen dat er buiten de leden ook externe...

2.4 Controle bestuur stichting

Bij veel stichtingen is het bestuur het enige orgaan. In die gevallen benoemt het bestuur zichzelf en treden bestuurders af wanneer zij daarvoor kiezen of wanneer het bestuur daartoe besluit. Dit systeem heet coöptatie. Omdat er geen ledenvergadering is en een Raad van Toezicht ontbreekt, is de externe controle op het bestuur van de stichting...