U bent hier

Onderneming & Administratie
Personeelssubsidies5. Participatiewet5.2 No-riskpolis

5.2 No-riskpolis

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: januari 2025

doorbetalen

Vaak denken werkgevers dat werknemers met een arbeidsbeperking vaker ziek worden en uitvallen. Met de financiële risico’s in het achterhoofd (het langdurig doorbetalen van een niet-productieve werknemer) kan een werkgever besluiten om deze mensen links te laten liggen bij werving en selectie. Om werkgevers te stimuleren deze mensen toch in dienst te nemen, bestaat er de no-riskpolis, waarbij de overheid (een groot deel van) de loondoorbetaling op zich neemt.

5.2.1 Doelgroep

WIA

arbeids-­ongeschikt

beschut werk

De volgende werknemers vallen onder de no-riskpolis:

  • werknemers die ooit een Wajong-uitkering hadden;
  • nieuwe werknemers met een uitkering op grond van de WIA-, Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) of Wajong;
  • werknemers die een WIA-uitkering kregen die al bij u in dienst waren;
  • werknemers die geen WIA-uitkering kregen aan het einde van de wachttijd, na 104 weken arbeidsongeschiktheid. In de afwijzingsbrief staat dat de no-riskpolis geldt in een nieuw dienstverband. Dit kan zijn bij een nieuwe werkgever of oude werkgever. Het nieuwe dienstverband start binnen vijf jaar na de afwijzing van de WIA-aanvraag.
  • werknemers die belemmeringen hadden bij het volgen van onderwijs en binnen vijf jaar na het afronden van het onderwijs in dienst traden;
  • werknemers op een ‘beschut werk’-werkplek;
  • werknemers die in een dienstverband werkten in het kader van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) of een WSW-indicatie hebben;
  • werknemers met een dienstbetrekking die meetelt in het kader van de quotumheffing voor de werkgever;
  • arbeidsbeperkten die voorafgaand aan een dienstbetrekking die op of na 1 januari 2015 startte, bij de arbeidsinschakeling door de gemeente werden ondersteund op grond van de Participatiewet.

Je kunt aan de werknemer vragen of hij onder de no-riskpolis valt. Hij moet hier verplicht op antwoorden nadat hij twee maanden in dienst is, maar hoeft niet te vertellen waarom hij eronder valt.

5.2.2 Geen ZW-premie

Ziektewet

WGA

Werknemers met een no-riskpolis tellen niet mee bij het bepalen van de hoogte van de premie voor de Ziektewet. En ook niet voor de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). Als een werknemer in aanmerking komt voor een uitkering op grond van de Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA), heeft dat dus geen gevolg voor de hoogte van de gedifferentieerde WGA-premie van de werkgever.

5.2.3 Hoogte no-riskpolis

dagloon

De uitkering ligt in het eerste jaar tussen de 70% en 100% van het dagloon. De precieze hoogte hangt af van de hoogte van het loon dat je moet doorbetalen bij ziekte van de werknemer. In het tweede jaar is de uitkering 70% van het dagloon. Je betaalt wel altijd de extra kosten boven het maximumdagloon bij de zieke werknemers die meer verdienen.

Andere verplichtingen

minimumloon

Aangezien deze doelgroep zich vaker in een lage loonschaal bevindt, kan 70% van het loon lager zijn dan het wettelijk minimumloon. In dit soort gevallen ben je verplicht de uitkering tot het wettelijk minimum aan te vullen. Voor de werknemers met een no-riskstatus lopen andere onderdelen van het loon, zoals vakantiebijslag, dertiende maand en pensioenpremie gewoon door. De werkgever blijft overigens verantwoordelijk voor de re-integratieverplichtingen van de zieke werknemer.

No-riskpolis en loonkostensubsidie

stopzetten

UWV kijkt bij de berekening van de hoogte van de no-riskpolis of jouw werkgever voor de werknemer met een no-riskstatus misschien loonkostensubsidie ontvangt. Dat gaat namelijk nooit samen, anders zouden werkgevers misschien wel 170% van het loon van de werknemer aan tegemoetkomingen ontvangen. Bij ziekte wordt de loonkostensubsidie bij de gemeente daarom stopgezet. Zodra de werknemer weer aan het werk is, keert de gemeente de loonkostensubsidie weer uit (zie paragraaf 6.4).

5.2.4 Maximaal vijf jaar

herplaatsing

UWV betaalt een ZW-uitkering als de werknemer ziek wordt binnen vijf jaar na indiensttreding of herplaatsing. De no-riskpolis geldt zolang de werknemer voor de organisatie werkt en de no-riskstatus heeft. De werknemer kan zelf een verlenging aanvragen voor nog eens vijf jaar bij een aanzienlijk verhoogd risico op ernstige gezondheidsklachten. De werknemer moet hiervoor wel zelf bij UWV aankloppen en een aanvraag indienen.

Verlenging

arbeids-­ongeschikt

opnieuw in dienst

De no-riskpolis kan langer duren dan vijf jaar, als de werknemer meer dan 35% arbeidsongeschikt is en binnen vijf jaar bij een nieuwe werkgever gaat werken. Het recht op de no-riskpolis bestaat immers binnen vijf jaar na de start van de arbeidsovereenkomst. Beide werkgevers kunnen een beroep doen op de no-riskpolis. Gaat een werknemer ziek uit dienst, maar komt hij binnen vijf jaar na de startdatum van de eerste dienstbetrekking opnieuw bij de werkgever in dienst? En gaat hij weer ziek uit dienst? Volgens de Hoge Raad geldt ook in dit geval de no-riskpolis voor ZW-uitkeringen (ECLI:NL:HR:2022:1557).

5.2.5 Aanmelden

aanvragen

Je hoeft de no-riskpolis niet aan te vragen. De regeling is automatisch van toepassing als de werknemer aan de voorwaarden voldoet. Je moet de werknemer wel uiterlijk binnen zes weken na de eerste ziektedag aanmelden bij UWV. Als je de werknemer te laat ziek meldt, kun je een boete krijgen van maximaal € 455.