2. Loon in geld
Werknemers hebben op grond van hun dienstverband recht op loon. Hierbij geldt een wettelijk minimum aan loon in geld, zodat zij hun levensonderhoud kunnen betalen. Individuele en collectieve arbeidsvoorwaarden kunnen recht geven op een hoger loon in geld (of daarnaast op loon in natura). Bij loon in geld heb je met bepaalde aandachtspunten te maken, aangezien dit loon meer omvat dan alleen het basissalaris!
ongeacht de naam
gebruikelijkheidstoets
Alles wat werknemers op grond van de dienstbetrekking in geld ontvangen – ongeacht de naam die eraan is gegeven – is loon (enkele uitzonderingen daargelaten, zie paragraaf 1.1). De vormen van loon in geld die in dit hoofdstuk aan bod komen, zijn belast loon. Je kunt dit loon – op het basissalaris na – desgewenst in onbelast loon voor de werknemer omzetten door gebruik van de vrije ruimte, op voorwaarde dat de aanwijzing als eindheffingsloon niet ongebruikelijk is. De gebruikelijkheidstoets houdt in dat de aanwijzing als eindheffingsloon niet meer dan 30% mag afwijken van wat in vergelijkbare situaties gebruikelijk eindheffingsloon is waarbij de werkgever dus de loonbelasting/premie volksverzekeringen voor zijn rekening neemt.
De Belastingdienst acht een bedrag van € 2.400 per werknemer per jaar in elk geval gebruikelijk eindheffingsloon. Hiervoor geldt de gebruikelijkheidstoets niet, en dit bedrag kun je zonder meer als eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte brengen.
niet op werknemersniveau
Door de aanwijzing als eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte is administratie van het betreffende loon niet langer op werknemersniveau nodig. Het aangewezen eindheffingsloon is voor je organisatie ook onbelast zolang de vrije ruimte niet wordt overschreden. Anders is over de overschrijding 80% eindheffing verschuldigd.