U bent hier

8. Strafafdoening

Dit hoofdstuk is eerder verschenen in Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: december 2018

De Belastingdienst kan fiscaal laakbaar gedrag zelf bestuursrechtelijk afdoen of voorleggen aan het OM voor strafvervolging. Op basis van het una via-beginsel moet de Belastingdienst een keuze maken tussen deze twee mogelijkheden. Dit hoofdstuk gaat in op de mogelijkheid dat de fiscus via een fiscale strafbeschikking zelf een straf oplegt. Daarnaast komt de strafafdoening bij het OM in dit hoofdstuk uitgebreid aan bod.

zelf een straf opleggen

Op grond van de Wet OM-afdoening kan de Belastingdienst zelf een straf opleggen bij fiscale delicten. Dit gebeurt met een fiscale strafbeschikking (zie paragraaf 8.1).

Zo lang het door de FIOD opgesteld proces-verbaal over een strafbaar fiscaal feit niet is ingezonden aan het OM, heeft de Belastingdienst de bevoegdheid om een strafbeschikking uit te vaardigen. De Belastingdienst is verplicht om het proces-verbaal naar het OM te sturen als een verdachte in verzekering is gesteld of bijvoorbeeld als tegen de wil...
Als de afwikkeling van een fiscale strafzaak op het bordje van het OM komt te liggen, kan de officier van justitie er allereerst voor kiezen om de zaak door middel van een strafbeschikking af te doen. Deze beschikking heeft veel weg van de fiscale strafbeschikking (zie paragraaf 8.1). Om een strafbeschikking uit te reiken met een boete van meer...
Het is ook mogelijk om een zaak voor te leggen aan een strafrechter als: u meent dat een fiscale strafzaak waarvoor een strafbeschikking is uitgevaardigd niet tot een strafoplegging zou moeten leiden; u meent dat een fiscale strafzaak waarvoor een strafbeschikking is uitgevaardigd tot een lagere strafoplegging zou moeten leiden; de officier van...