U bent hier

Onderneming & Administratie
Fiscale eenheid3. Voor- en nadelen van een fiscale eenheid VPB3.1 Voordelen van een fiscale eenheid VPB

3.1 Voordelen van een fiscale eenheid VPB

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: december 2025

holding

De Belastingdienst int bij een fiscale eenheid VPB uitsluitend belasting bij de moedermaatschappij (de holding-bv). De resultaten van de dochters worden toegerekend aan de holding-bv. De dochters hoeven dus niet af te rekenen over de winst. Je krijgt dus met slechts één VPB-aangifte te maken en kunt de resultaten van de verschillende bv’s tot één resultatenrekening samenvoegen.

3.1.1 Directe verliesverrekening

salderen

voorvoegingsverliezen

Het belangrijkste voordeel van een fiscale eenheid is dat je de resultaten van de ‘gevoegde’ bv’s binnen hetzelfde jaar kunt verrekenen (‘salderen’). Dit betekent dat je een verlies van de ene bv (horizontaal) kunt aftrekken van de winst van een andere bv binnen de fiscale eenheid. Voor verliezen die dateren van vóór het tot stand komen van de fiscale eenheid (voorvoegingsverliezen), gelden aparte regels die de onderlinge verliesverrekening beperken (zie hoofdstuk 4).

Voorbeeld verliesverrekening

Raak bv vormt sinds 2012 met haar dochtervennootschappen Pijl bv en Boog bv een fiscale eenheid voor de VPB. In 2024 behalen de bv’s de volgende resultaten:

  • Raak bv een winst van € 80.000;
  • Pijl bv een winst van € 215.000;
  • Boog bv een verlies van € 120.000.

Salderen

totale winst

Zonder fiscale eenheid zouden Raak bv en Pijl bv belasting moeten betalen over hun winsten. Boog bv zou haar verlies uit 2024 onder voorwaarden kunnen verrekenen met eventuele winsten uit andere jaren. Maar ze lijdt al enkele jaren verlies. In de fiscale eenheid komt het verlies van Boog bv in elk geval nog ten laste van de groep: het verlies van Boog bv is verrekenbaar met de winsten van Raak bv en Pijl bv. De totale winst van de fiscale eenheid bedraagt: 
€ 80.000 + € 215.000 -/- € 120.000 = € 175.000.

Renteaftrek

vreemd 
vermogen

renteaftrek-beperking

De mogelijkheid om de resultaten van de moeder en dochter met elkaar te verrekenen geldt ook als de moedermaatschappij de aankoop van een dochtermaatschappij financiert met een banklening of vreemd vermogen. De eigen winst van de moedermaatschappij is vaak niet voldoende om de rentelast volledig af te trekken. Met de winst van de dochtermaatschappij erbij kan de moedermaatschappij de renteaftrek mogelijk wel te gelde maken. Maar dan moet je nog wel rekening houden met de generieke renteaftrekbeperking, de zogeheten earningsstrippingregeling. In paragraaf 4.3 lees je meer over deze regeling.

In 2025 is de rente niet aftrekbaar voor zover het saldo van betaalde en ontvangen rente meer bedraagt dan 24,5% van de winst (vóór aftrek van rentelasten, belastingen en afschrijvingen) of meer dan € 1.000.000. Rente die niet aftrekbaar is, kan je doorschuiven naar volgende jaren.

3.1.2 Onderlinge transacties van bv’s zijn onbelast

Een ander voordeel van een fiscale eenheid is dat er geen belastingheffing plaatsvindt over de winsten die worden behaald uit transacties tussen de bv’s onderling.

Voorbeeld

winstneming

stille reserve

Verkoopt een dochtermaatschappij bijvoorbeeld een halffabricaat aan een andere maatschappij binnen de fiscale eenheid, dan leidt dat niet tot winstneming. Het fiscale vermogen van de eenheid als geheel verandert niet. Er kan dus zonder fiscale gevolgen tussen de bv’s ‘geschoven’ worden met activa waarop een stille reserve rust, als de fiscale eenheid minstens zes (soms drie) jaren in stand blijft. Pas op het moment dat een onderneming van de fiscale eenheid een product verkoopt aan een derde buiten de fiscale eenheid, is over de behaalde winst belasting verschuldigd.

3.1.3 Gemengde kosten

drempel-bedrag

Een ander voordeel van een fiscale eenheid is dat je bij hoge gemengde kosten (zoals voedsel en drank, representatie, congressen en studiereizen) van je bv’s, kunt kiezen voor een vast drempelbedrag in plaats van de aftrekbeperking tot 73,5% van de gemengde kosten. In 2025 mag je tot € 5.700 aan gemengde kosten niet in mindering brengen op de winst. Of, als dat hoger is, 0,4% van de totale loonsom van je onderneming.

3.1.4 Reorganiseren zonder afrekenen

geruisloos

onroerende zaak

eigen gebruik

Verder is binnen een fiscale eenheid VPB een geruisloze reorganisatie mogelijk. Dit houdt in dat je activiteiten – maar ook onroerende zaken – kunt hergroeperen of binnen een bv kunt samenvoegen zonder hierover te moeten afrekenen met de fiscus. Denk aan de verhuur van een onroerende zaak van de ene bv aan een andere bv binnen de fiscale eenheid. Er is dan sprake van eigen gebruik. Een ander voorbeeld is de overdracht van bezittingen en schulden van de ene naar de andere bv, zonder fiscale afrekening voor de VPB.

Constructie om VPB-heffing te ontwijken

deelneming

In plaats van een bedrijfspand met een boekwaarde van € 550.000 aan een derde te verkopen voor € 690.000 bedenkt de dga van Sorteer bv een tussenstap, waardoor hij niet hoeft af te rekenen over de boekwinst van € 140.000. Daartoe wordt een dochter-bv opgericht door Sorteer bv en een fiscale eenheid voor de VPB aangegaan. Vervolgens wordt het pand binnen de fiscale eenheid tegen de boekwaarde overgedragen aan de dochter-bv. Na een jaar verkoopt de Sorteer bv de aandelen in haar dochter aan de derde die het bedrijfspand wil kopen. Hierdoor is er – in plaats van een belaste verkoopwinst op het pand – sprake van een onbelaste verkoopwinst op haar deelneming.

Belastingontwijking

antimisbruikregels

Ondernemingen zouden dus een reorganisatie binnen een fiscale eenheid kunnen misbruiken om onder de VPB-heffing uit te komen, bijvoorbeeld door een bedrijfspand via een constructie onder de marktprijs te vervreemden. Antimisbruikregels zorgen ervoor dat dergelijke constructies die puur zijn gericht op het voorkomen van belastingheffing worden aangepakt. In hoofdstuk 5 lees je hier meer over.