8.4 Alternatief

bruteren

nettobedrag

verschuldigd

Een alternatief voor gebruik van de vrije ruimte kan het bruteren van een vergoeding of verstrekking aan werknemers zijn. Bruteren houdt in dat je de vergoeding of verstrekking netto toezegt aan de werknemer, net als bij het omzetten in onbelast loon ervan voor de werknemer via de vrije ruimte. Maar bij bruteren reken je het nettobedrag om naar een brutobedrag en neemt je onderneming de bijbehorende loonbelasting/premie volksverzekeringen voor haar rekening (zie ook paragraaf 2.2). Verder is je onderneming over het bijbehorende (berekende) brutobedrag premies werknemersverzekeringen en werkgeversheffing Zorgverzekeringswet verschuldigd (tenzij het loon van de werknemer uitkomt boven het maximumpremieloon dan wel maximumbijdrageloon). En er kan bijvoorbeeld pensioenpremie over het (berekende) brutobedrag zijn verschuldigd of de te betalen vakantiebijslag stijgt erdoor.

is anders

Dat is dus anders dan bij gebruik van de vrije ruimte. Slechts bij overschrijding van die ruimte (in totaal) is je onderneming daar loonbelasting over verschuldigd in de vorm van 80% eindheffing.

Voorbeeld

in vergelijking

minder

totale kostenpost

Hoeveel het bruteren van een netto toegezegde vergoeding of verstrekking kost in vergelijking met gebruik van de vrije ruimte, hangt af van de situatie. Als voor een werknemer een loonheffingstarief van 37,48% geldt, kost het bruteren je onderneming (37,48 ÷ (100 − 37,48)) × 100% = 59,94% van de nettovergoeding aan loonheffing (eventuele pensioenpremies en andere (cao-)inhoudingen op het brutoloon daargelaten). Dat is dus minder dan de 80% eindheffing verschuldigd bij overschrijding van de vrije ruimte. Maar bedenk dat je onderneming bij brutering ook nog premies werknemersverzekeringen en werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (ZVW) en mogelijk andere werkgeverslasten – zoals pensioenpremie – over de (berekende) brutovergoeding is verschuldigd! Dat brengt de totale kostenpost bóven de 80%.

wat ook kan meewegen

ook nog andere lasten

Stel dat je onderneming bijvoorbeeld een vergoeding van € 200 netto heeft toegezegd aan een werknemer, dan zien de twee werkwijzen er als volgt uit:

• Aanwijzing van de vergoeding als eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte kost niets, tenzij die ruimte al vol zit. Dan kost dat je onderneming € 160 aan eindheffing wegens overschrijding van de vrije ruimte. Wat ook kan meewegen, is of er op een later moment nog andere looncomponenten in de vrije ruimte (moeten) worden ondergebracht en dan overschrijdingsgevaar ontstaat.
• Brutering van de vergoeding kost je onderneming bij het gegeven loonheffingstarief € 119,88 aan loonheffing. Over het bijbehorende brutobedrag van € 319,88 zijn verder € 49,10 aan premies werknemersverzekeringen verschuldigd – uitgaande van de hoge Awf-premie, lage Aof-premie en gemiddelde Whk-premie – en € 20,82 aan werkgeversheffing ZVW. In totaal kost het bruteren dus € 189,80. En dan kunnen er ook nog andere werkgeverslasten zijn verschuldigd.