U bent hier

Onderneming & Administratie
…
Investeren en innoveren2. Fiscaal ­afschrijven
Voor Onderneming & Administratie

2. Fiscaal ­afschrijven

Dit hoofdstuk is eerder verschenen in Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: februari 2025

Een bedrijfsmiddel gaat als het goed is een aantal jaren mee. Je mag daarom niet alle kosten aftrekken in het jaar van aanschaf. In plaats daarvan ben je verplicht om het investeringsbedrag uit te smeren over een bepaalde periode. Je moet dus afschrijven. Dit betekent dat je jaarlijks een percentage van de aanschafprijs ten laste van het bedrijfsresultaat brengt.

voorraad

goed koopmansgebruik

In het algemeen zijn bedrijfsmiddelen te omschrijven als goederen die je gebruikt om de onderneming te laten draaien, die langere tijd meegaan en niet bestemd zijn voor verkoop. Koop je een vermogensbestanddeel met het oog op de verkoop, dan maakt het deel uit van de voorraad. De voorraad vindt als het goed is de weg naar een afnemer. Voor de bepaling van de fiscale jaarwinst schrijf je af op de in gebruik zijnde bedrijfsmiddelen. Afschrijven is verplicht op grond van fiscaal goed koopmansgebruik. Het is niet toegestaan om in enig jaar afschrijving achterwege te laten.

2.1 Zakelijke kosten of investering?

Kenmerkend voor een bedrijfsmiddel – en daarmee voor een investering – is dat je de aanschaf voor een langere termijn doet. Je koopt immers niet elk jaar een nieuwe vorkheftruck ter vervanging van de huidige, net zo min als je jaarlijks een nieuwe auto koopt of nieuwe computers. Bij elke uitgave die je doet voor je onderneming moet je jezelf...

2.2 Afschrijvingsregels bedrijfsmiddelen

De afschrijving hangt af van het verwachte gebruikspatroon van het bedrijfsmiddel, de verwachte economische levensduur en de eventuele restwaarde. Voor de bedrijfsmiddelen die je inzet voor de dagelijkse gang van zaken, zoals inventaris, machines, auto’s en computers, geldt dat je over het aanschafbedrag maximaal 20% per jaar mag afschrijven. Dit...

2.3 Verschillende afschrijvingsmethodieken

Er zijn verschillende afschrijvingsmethoden: afschrijving naar een vast percentage per jaar van het verschil tussen de historische kostprijs en de residuwaarde (lineaire afschrijving); afschrijving van een vast percentage van de boekwaarde (degressieve afschrijving); afschrijving naar een afnemend percentage; progressieve afschrijving; de...

2.4 Willekeurig afschrijven

In sommige gevallen mag je afwijken van de normale manier van afschrijven en mag je zelf bepalen hoe en wanneer je jouw afschrijvingskosten ten laste van het resultaat brengt. Willekeurig afschrijven is echter alleen mogelijk via de Vamil, de willekeurige afschrijving op milieubedrijfsmiddelen. Met de Vamil kun je 75% van de investeringskosten...

2.5 De regels rond het bedrijfspand

Voor onroerend goed gelden eigen afschrijvingsregels. Deze zijn gebaseerd op de volgende uitgangspunten. Die gebruiksduur van het pand bepaalt de hoogte van de afschrijving. De gebruiksduur ligt tussen de dertig en vijftig 50 jaar. De restwaarde bepaalt ook de hoogte van de afschrijving van het pand. Dit is de waarde die het pand heeft aan het...

2.6 Afschrijven op goodwill

Voor goodwill geldt een afschrijvingspercentage van maximaal 10%. Aangezien goodwill meestal geen restwaarde heeft, komt dit neer op een afschrijving in tien jaar. 2.6.1 Sneller afschrijven Maar op grond van goed koopmansgebruik wordt (gekochte) goodwill meestal in vijf jaar volledig afgeschreven. In de praktijk geldt namelijk als adagium dat de ‘...