2. Wettelijk kader
De ondernemingsraad kan de bestuurder tijdens, maar ook buiten de overlegvergadering om concrete voorstellen doen. Dit initiatiefrecht is vastgelegd in artikel 23 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Dankzij het initiatiefrecht kan de OR zijn invloed aanzienlijk vergroten.
onderwerp
Als je de WOR erbij pakt, zijn er twee manieren waarop de OR met een eigen initiatief kan komen. Dat kan ten eerste tijdens de formele overlegvergadering met de bestuurder (artikel 23, lid 2 WOR). De OR kan voorstellen om een bepaald onderwerp te agenderen voor de overlegvergadering of hierover een overleg met de bestuurder aanvragen. Maar de OR kan ook buiten de overlegvergadering om met een voorstel komen (artikel 23, lid 3 WOR).
De OR kan de bestuurder over álle onderwerpen die de organisatie aangaan een voorstel met een mogelijke oplossing doen. Dat maakt het initiatiefrecht juist zo krachtig en nuttig voor de OR.
Verstopt
overleg
onderdeel
In de WOR wordt geen volledig artikel gewijd aan het initiatiefrecht, zoals wel het geval is voor het instemmingsrecht (artikel 27 WOR) en het adviesrecht (artikel 25 WOR). Het initiatiefrecht komt immers aan de orde binnen artikel 23 WOR, het ‘overleg met de ondernemer’, in lid 2 en lid 3. Het zit dus wat verstopt in de Wet op de ondernemingsraden, maar dat maakt het initiatiefrecht niet minder belangrijk. Het geeft wel meteen aan dat het initiatiefrecht niet op zich staat. Het is onderdeel van en duidelijk verweven met een aantal andere rechten van de OR. Daarom volgt hierna eerst een toelichting op de algemene rechten van de OR. Waar gaat de OR over, wat is de reikwijdte die de WOR aangeeft?